Willemijn schrijft daarover:
In de film zijn we getuige van het wel en wee van de familie Gabarre Mendoza die zichzelf speelt in haar leven van alledag en al 18 jaar woont in een zelfgebouwd huis in een krottenwijk met problemen met electriciteitsverbinding en watervoorziening. Familie en buurt vormen een hechte gemeenschap, maar de krottenwijk gaat gesloopt worden en het wachten is op de brief met de boodschap om binnen twee dagen te vertrekken met hun hele hebben en houden naar Madrid.
Het vormt mijns inziens een grote moed om jezelf zo ’te kijk’ te zetten, maar Isabel Lamberti, die de regie had, heeft met grote gevoeligheid deze zo hechte gemeenschap neergezet. Zodanig dat ik na het zien van deze film mij grote zorgen maak of ze het emotioneel en sociaal zullen kunnen bolwerken in de stad, waar ze zo anoniem onder vele vreemden moeten gaan leven. Bovendien, waar moet hun schroothoop blijven?
In de verte de laatste napraters over de film, terwijl een ander groepje het napraten op de pont voortzet.